Interview Cindy voor Noordhollands
Dagblad
[april 2004]
Heerhugowaard - In het Afrikaanse
Ghana werken met AIDS-patiënten en iets bereiken
wat geen druppel op de gloeiende plaat is. De 26-jarige
diëtiste Cindy Noordermeer uit Heerhugowaard gaat
het de komende tijd proberen: met een door haar ontwikkeld
project dat mensen met hiv inzicht moet geven in een
beter eetpatroon. Want goede voeding is in gebieden
waar men geen geld heeft voor medicijnen, heel belangrijk.
19 April vliegt ze weer naar
Afrika. Ze is net twee weken terug van een acht maanden
Ghana. Een periode waarin ze heeft kennisgemaakt met
AIDS.
,,Ik werkte in een AIDS-kliniek
in Accra, de hoofdstad van Ghana. Dat was aangrijpend,
vooral in het begin. Ik ben op zich gewend aan erg zieke
mensen, heb ze in mijn leven vaak gezien. Maar hiervan
schrok ik. Het waren mensen in het laatste stadium van
de ziekte, terminale patiënten, helemaal uitgemergeld,
met holle ogen. Letterlijk uitgeleefd. Ik merkte dat
ik die eerste tijd alleen de ziekte kon zien, niet de
persoon erachter. Gelukkig veranderde dat snel. Als
je de mens ziet kun je leren van de problemen die ze
tegenkomen. Van het leed, maar ook van de kracht en
de vechtlust.'' Waar Noordermeer vooral tegenaan liep
was het acceptatieprobleem. ,,AIDS is in Ghana veel
complexer dan in Nederland. Hiv-geïnfecteerden
worden gestigmatiseerd. Zodra mensen bekend maken dat
ze besmet zijn worden ze verstoten door familie, vrienden
en ook door bijvoorbeeld werkgevers. Ze houden werkelijk
niemand over. Daarom komt niemand voor de ziekte uit.
Het wordt geheim gehouden. In Ghana zijn 500.000 tot
1 miljoen mensen geïnfecteerd en dat worden er
alleen maar meer, maar men zal niet accepteren dat het
een probleem is dat dicht bij huis speelt. Dat ook de
buurman besmet kan zijn met het virus.'' Aan de preventie
ligt het niet, vertelt Noordermeer. ,,Heel Ghana, echt
elke uithoek, weet dat je AIDS kunt voorkomen door veilig
te vrijen. De stigmatisering is ontstaan omdat mensen
angst gecreëerd hebben rondom AIDS, gevoed door
de media die beelden laat zien van uitgemergelde mensen.
Wat de bevolking daar niet beseft, is dat de beelden
alleen de laatste fase van een patiënt tonen. Dat
je met een infectie nog jaren productief kunt zijn en
normaal kunt functioneren, dringt niet door. Ik zou
willen dat iedereen met hiv in Ghana zou opstaan en
er voor uit komt. Want zolang dat niet gebeurt houd
je het stigma op AIDS.'' Maar ja, hoe breng je daar
verandering in? ,,Dat is inderdaad heel moeilijk. Je
moet niet idealistisch zijn en denken dat je dat probleem
kunt oplossen. Dat is een te romantisch beeld. Ik ben
tijdens mijn laatste verblijf klein begonnen door een
bepaalde patiënten zelf positief te benaderen.
Die houding kon ik overbrengen op anderen. Bijvoorbeeld
in een situatie met een Ghanese vrouw. Ze voldeed aan
het typische beeld van de Ghanese AIDS-patiënt.
Geen geld voor medicatie, ze kon niet meer in haar eigen
woning bij haar gezin terecht. Ze lag doodziek in een
huis waar ze was ondergebracht door de kerk. Er woonden
nog twintig anderen, maar toch werd ze door niemand
verzorgd. Mensen lieten haar gewoon wegkwijnen, er was
niemand die haar waste. Ze had wel een tante die elke
dag een kommetje pap bracht. Maar die zette dat dan
neer bij de deur. Ze was zo ziek dat het ze kruipend,
op handen en voeten moest ophalen. Heel schrijnend.
Juist in haar geval, want het was iemand die, toen ze
dat nog kon, altijd iedereen hielp. Ik hoorde van haar
situatie en ben er heen gegaan, heb haar gewassen en
eten gegeven. De pastoor van de kerk zag dat en was
onder de indruk. Hij besefte dat je van iemand wassen,
of omhelzen, geen AIDS krijgt. Hij nam die wetenschap
over in zijn preek. Daar hoop ik een beetje op: dat
olievlekeffect.'' Volgens Noordermeer moet het besef
gaan doordringen dat met een hiv-infectie nog goed te
leven valt. ,,Op dit moment gooien mensen die horen
dat ze besmet zijn direct het bijltje er bij neer. Dat
hoeft niet. Het grootste deel van de besmettingen vindt
plaats bij jonge mensen. Zij zijn nog vrij sterk, kunnen
meestal nog wel tien jaar vooruit, voordat ze werkelijk
ziek worden. Goede voeding is daarbij erg belangrijk.
De aandacht van veel hulporganisaties gaat uit naar
medicatie. Ik richt me meer op het eetpatroon, want
in arme gebieden zijn medicijnen vaak niet verkrijgbaar.
En als mensen medicijnen gebruiken, kunnen ze door ondervoeding
ook nog eens zó zwak raken dat ze overlijden
aan de gevolgen van de zware bijwerkingen.'' Noordermeer
besefte, dat een goed eetpatroon een mooi streven is,
maar dat dit wel moet zijn aangepast aan de financiële
middelen en aan de voeding die voorradig is. ,,Het moet
toepasbaar en praktisch zijn.'' Ze gaat de komende maanden
een handleiding ontwikkelen en deze vervolgens toepassen
in de praktijk. ,,Veel projecten worden bedacht achter
een bureau in een mooi kantoor en niet in het veld.
Dat ga ik anders doen. Over vier maanden begin ik een
pilot in het meest afgelegen en onderontwikkelde gebied
van Ghana: het noordwesten, rondom de stad Wa. Daar
is het AIDSpercentage twee keer zo hoog als in de rest
van het land. Door de ligging aan de grens is er veel
prostitutie, zijn er weinig hulporganisaties actief
en heerst er grote voedselschaarste. Bovendien is er
sprake van een homogene groep: iedereen leeft en eet
hetzelfde. Het noordwesten is vanwege de extremiteit
dus ideaal voor een dergelijk onderzoek.'' En dat zelfs
in dat gebied goed te leven valt zonder kapitalen kwijt
te zijn, denkt Noordermeer te kunnen bewijzen. ,,Het
is een droog en onvruchtbaar gebied, maar wát
er groeit is ontzettend voedzaam. Denk aan cashewnoten
en fruit. Fruit is er veel, maar wordt weinig gegeten.
Als mensen leren om op een creatieve manier om te gaan
met wat het land hen biedt, kunnen ze tot een complete
voeding komen. Ze moeten het alleen even
inzien en niet alles voor de export beschikbaar stellen.
Een boer kan zijn gezin gezond houden door elke keer
een emmertje cashewnoten achter te houden. Inkomstenderving?
Ach, een gezond kind betekent geld voor de toekomst.
En ook de eigen conditie is in dit opzicht erg belangrijk.''
Noordermeer hoopt als het project slaagt, een definitieve
versie te kunnen aanbieden met een trainingsprogramma,
waarin driehonderd gezondheidsmedewerkers worden opgeleid.
Zo moet het uiteindelijk structureel worden voor heel
Ghana. ,,Ik wil ook de lokale bevolking bij het project
betrekken, de traditionele leiders helpen zichzelf te
helpen. Het is in Ghana gangbaar om drie tot vier keer
per dag maisdeeg met een soort spinaziesoep te eten.
Verwerk daar wat pinda's in en neem er een mango of
banaan bij en je hebt een gevarieerde maaltijd met een
uitgebalanceerde hoeveelheid koolhydraten en eiwitten.'
|